eBook
Kennissoorten en (dus) soorten kennisvragen
Om de kennis
die mensen aanwenden voor de uitoefening van hun beroep goed te kunnen
bevragen - de juiste kennisvragen te stellen - is het zinvol om onderscheid te maken tussen verschillende
soorten kennis [1], namelijk:
Iedere vorm van kennis kent zijn eigen kennisvraag:
- Conceptuele beschrijvingen (definities / begrippen)
- Feitelijke beschrijvingen
- Verklaringen
- Vergelijkingen
- Voorspellingen
- Oordelen
- Adviezen
Iedere vorm van kennis kent zijn eigen kennisvraag:
- Een conceptuele beschrijving: hoe definieer je het?
- Een feitelijke beschrijving: wat is het geval?
- Een verklaring: waardoor komt het?
- Een vergelijking: waarmee is het te vergelijken?
- Een voorspelling: wat gaat komen?
- Een oordeel: wat vind je ervan / welke beslissing neem je?
- Een advies: welke raad geef je?
Ik zal van deze kennissoorten een aantal voorbeelden geven.
Voorbeelden van de verschillende kennissoorten
Conceptuele beschrijving (als resultaat van het vaststellen van hoe je iets kunt definiƫren)
- Een jurist die vaststelt wat de criteria zijn van een onrechtmatige daad.
- Een docent Economie die vertelt wat wordt verstaan onder prijselasticiteit.
- Een psycholoog die uitlegt wat een 'depressie' is.
Feitelijke beschrijving (als resultaat van het vaststellen van hoe iets feitelijk is)
- Een journalist die beschrijft wat is voorgevallen.
- Een beveiliger die aan een agent vertelt over een mogelijke diefstal.
- Een automonteur die vaststelt dat de startmotor van de auto het niet doet.
Verklaring (waardoor iets is)
Conceptuele beschrijving (als resultaat van het vaststellen van hoe je iets kunt definiƫren)
- Een jurist die vaststelt wat de criteria zijn van een onrechtmatige daad.
- Een docent Economie die vertelt wat wordt verstaan onder prijselasticiteit.
- Een psycholoog die uitlegt wat een 'depressie' is.
Feitelijke beschrijving (als resultaat van het vaststellen van hoe iets feitelijk is)
- Een journalist die beschrijft wat is voorgevallen.
- Een beveiliger die aan een agent vertelt over een mogelijke diefstal.
- Een automonteur die vaststelt dat de startmotor van de auto het niet doet.
Verklaring (waardoor iets is)
- Een installateur die probeert te verklaren waarom er geen gastoevoer is.
- Een docent die de reden probeert te achterhalen waarom de opkomst van studenten bij colleges tegenvalt.
- Een forensisch psycholoog die probeert een verklaring te geven voor bepaald gedrag van een dader.
Vergelijking (hoe iets zich verhoudt tot iets ander)
- Een weerman die een vergelijking maakt tussen het weer van vandaag en het weer op dezelfde dag vorig jaar.
- Een politicus die de situatie in Nederland vergelijkt met dat van een ander land.
- Een verkoper die duidelijk maakt wat de verschillen zijn tussen twee producten.
Voorspelling (wat gaat gebeuren)
- Een automonteur die inschat hoe lang nog met een auto kan worden gereden.
- Een meteoroloog die een voorspelling van het weer maakt.
- Een adviseur die aangeeft of de beurskoersen dit jaar gaan stijgen of dalen.
Oordeel
- Een rechter die een oordeel geeft of sprake is van een onrechtmatige daad.
- Een IND-medewerker die zich een mening vormt over toelating van een asielzoeker in Nederland.
- Een recensent die het eten van een restaurant beoordeelt.
Advies
- Een HR-medewerker die een manager adviseert hoe deze het beste om kan gaan met ziek personeel.
- Een diƫtist die een klant een bepaald dieet aanraadt.
- Een notaris die adviseert om een bepaalde passage op te nemen in een testament.
Uit deze voorbeelden moet je niet concluderen dat je bij een bepaald beroep altijd maar met Ć©Ć©n soort kennis hebt te maken. Iemand kan om te beginnen afwisselend met verschillende kennissoorten te maken hebben. Zo zal een agent soms iets willen beschrijven (bijvoorbeeld in een proces verbaal), soms oordelen (als hij iemand een bekeuring geeft) en soms adviseren (als hij iemand een andere route adviseert te nemen).
Daarnaast zie je dat voor een bepaald kennissoort vaak eerst weer een ander soort – en dus kennis – nodig is. Voordat iemand een advies geeft, zal de persoon vaak eerst een oordeel vellen. Om een oordeel te vellen, zal de persoon misschien eerst iets willen beschrijven (eventueel wel of niet vastgelegd).
Voorbeeld relatie tussen kennissoorten
Stel, een arts krijgt een patiƫnt op bezoek. Deze geeft aan een felle pijn aan de achterkant van het bovenbeen te voelen.
Beschrijving
De arts stelt vast:
- Ontstaan na het sporten
- Een felle, optredende pijn aan de achterkant van het bovenbeen
- Gezwollen spier
- Blauwe kleur van een bloeduitstorting
- …
Verklaring (voor de pijn)
Hier is sprake van een tweedegraads hamstringblessure.
Voorspelling
Als de patiƫnt te snel weer gaat trainen, zal de blessure aanhouden. De patiƫnt kennende valt dit niet uit te sluiten.
Oordeel
De beste aanpak van deze zware hamstringblessure is rust.
Advies
Je kunt, jou kennende, beter rust houden en niet gaan sporten.
- Een docent die de reden probeert te achterhalen waarom de opkomst van studenten bij colleges tegenvalt.
- Een forensisch psycholoog die probeert een verklaring te geven voor bepaald gedrag van een dader.
Vergelijking (hoe iets zich verhoudt tot iets ander)
- Een weerman die een vergelijking maakt tussen het weer van vandaag en het weer op dezelfde dag vorig jaar.
- Een politicus die de situatie in Nederland vergelijkt met dat van een ander land.
- Een verkoper die duidelijk maakt wat de verschillen zijn tussen twee producten.
Voorspelling (wat gaat gebeuren)
- Een automonteur die inschat hoe lang nog met een auto kan worden gereden.
- Een meteoroloog die een voorspelling van het weer maakt.
- Een adviseur die aangeeft of de beurskoersen dit jaar gaan stijgen of dalen.
Oordeel
- Een rechter die een oordeel geeft of sprake is van een onrechtmatige daad.
- Een IND-medewerker die zich een mening vormt over toelating van een asielzoeker in Nederland.
- Een recensent die het eten van een restaurant beoordeelt.
Advies
- Een HR-medewerker die een manager adviseert hoe deze het beste om kan gaan met ziek personeel.
- Een diƫtist die een klant een bepaald dieet aanraadt.
- Een notaris die adviseert om een bepaalde passage op te nemen in een testament.
Uit deze voorbeelden moet je niet concluderen dat je bij een bepaald beroep altijd maar met Ć©Ć©n soort kennis hebt te maken. Iemand kan om te beginnen afwisselend met verschillende kennissoorten te maken hebben. Zo zal een agent soms iets willen beschrijven (bijvoorbeeld in een proces verbaal), soms oordelen (als hij iemand een bekeuring geeft) en soms adviseren (als hij iemand een andere route adviseert te nemen).
Daarnaast zie je dat voor een bepaald kennissoort vaak eerst weer een ander soort – en dus kennis – nodig is. Voordat iemand een advies geeft, zal de persoon vaak eerst een oordeel vellen. Om een oordeel te vellen, zal de persoon misschien eerst iets willen beschrijven (eventueel wel of niet vastgelegd).
Voorbeeld relatie tussen kennissoorten
Stel, een arts krijgt een patiƫnt op bezoek. Deze geeft aan een felle pijn aan de achterkant van het bovenbeen te voelen.
Beschrijving
De arts stelt vast:
- Ontstaan na het sporten
- Een felle, optredende pijn aan de achterkant van het bovenbeen
- Gezwollen spier
- Blauwe kleur van een bloeduitstorting
- …
Verklaring (voor de pijn)
Hier is sprake van een tweedegraads hamstringblessure.
Voorspelling
Als de patiƫnt te snel weer gaat trainen, zal de blessure aanhouden. De patiƫnt kennende valt dit niet uit te sluiten.
Oordeel
De beste aanpak van deze zware hamstringblessure is rust.
Advies
Je kunt, jou kennende, beter rust houden en niet gaan sporten.
Waarom het waardevol is om deze kennissoorten te onderscheiden, zal later blijken. Eerst zal ik in de volgende bijdrage laten zien dat we in de beroepspraktijk een bepaalde verwachtingen hebben bij de kwaliteit van de ingezette of gecreƫerde kennis.
___________________
[1]
Deze kennissoorten zie je ook terug als doelen van de verschillende soorten vraagstellingen / vraagtypen die mogelijk zijn bij het doen van onderzoek. Zie bijvoorbeeld Schaaijk, G.A.F.M. van, Praktijkgericht juridisch onderzoek, Boom Juridische Uitgevers, 2011, bladzijde 33 en Verhoeven, N., Onderzoeken doe je zo!, Boom Lemma Uitgevers, 2013, bladzijde 40.